woensdag 24 oktober 2007

Einddebat

Afgelopen dinsdagochtend was het dan zover. Het einddebat tussen de twee werkgroepen. De spanningen waren in de afgelopen maanden tot bijna ondraagbare hoogte opgelopen, en iedereen was klaar om te gaan knallen. De groep van Thomas Poell zou een bijzonder harde dobber gaan krijgen aan onze goed getrainde debatclub.

De ochtend begon met een viertal debatten tussen de rivaliserende groepen - de kwartfinales - waarvan de winnaars door zouden gaan naar de halve finales, en de winnaars daarvan vervolgens naar de finale, het einddebat. Wij van Team Decibel mochten de spits afbijten met de stelling dat het on-demandmodel populairder gaat worden dan het traditionele televisiemodel. Gijs hield een sterk openingspraatje, gevolgd door het openingspraatje van de tegenpartij, dat zich vooral richtte op het commerciële aspect (dat adverteerders door on-demandtelevisie een veel kleinere groep bereiken). Dit argument wist ik - al zeg ik het zelf - listig te ontkrachten door te stellen dat ze misschien een kleinere groep bereiken, maar dat het wel een veel specifiekere doelgroep is. Ik haalde de programma's Pokémon en Goede Tijden, Slechte Tijden aan, wat gelukkig aansloeg bij het publiek en mij een fraai applaus opleverde. Toen de tegenpartij vervolgens probeerde te pareren door te zeggen dat het commerciële aspect ook weer niet zó belangrijk was, vroeg Gijs terecht waarom ze dan hun openingspraatje vrijwel enkel hierop baseerden. Daarna was het debat in feite al gewonnen, want de tegenpartij kwam nog met weinig vernieuwende argumenten. Met 25 tegen 7 stemmen was het publiek het hier dus ook mee eens, en ging Team Decibel door naar de halve finale.

Ook Brut, het team van Nikos, Sarah, Quinten en Irene van onze werkgroep ging door naar de finale, alsmede twee groepen van Thomas Poells werkgroep. Het zou er dus om gaan spannen, al zou dat pas in de finale tot uiting komen, omdat iedereen tegenover de groep uit zijn eigen werkgroep stond in de halve finale. Over die halve finale valt niet heel veel te zeggen, omdat het eigenlijk een vrij belabberd debat was, mede door de misschien ongelukkig gekozen stelling over 'the global village'. Gelukkig wonnen we wel, waardoor Team Decibel dus de eer van werkgroep 1 mocht gaan verdedigen in de finale.

En dat deden we. Met onze 'tweetrapsraket' - zoals Thomas Poell het later noemde - te weten het overdonderende argumentatievuurwerk van Gijs, aangevuld door de subtiele, beknopte argumenten van Nikita, Tjade en mij wisten we overtuigend te winnen van team 'The Stripes'. Een victorie die nog zoeter was door het feit dat ook onze twee voorzitterskoppels beide naar de halve finale kwamen, en dat voorzitterskoppel 'De Baas' - Steven en Sarah, zéér stijlvol gekleed - uiteindelijk ook als beste uit de bus kwamen.

Het is dus een geslaagde dag geweest voor werkgroep 1, wat we aankomende donderdag gepast gaan vieren met een aantal koele biertjes. En daar hou ik wel van, van biertjes.


Werkcollege (6)

In dit laatste werkcollege voor het einddebat stonden er een drietal debatten op het programma, ter voorbereiding op de titanenstrijd van komende dinsdag.

Mijn groepje bestond uit Gijs, Tjade, Nikita en mijzelf, en we kozen voor de naam - voornamelijk door het bulderende stemgeluid van Gijs - 'Team Decibel'. We wonnen ons oefendebat van team 'Sassy', over het feit of Second Life al dan niet gevaarlijk is, voornamelijk door de vergelijking te trekken met 'de echte wereld'. Ik kreeg wederom als commentaar mee dat ik op mijn spreeksnelheid moest blijven letten, omdat mijn snelle praten afbreuk doet aan de kracht van mijn argumenten.

Na de pauze was er weer een plenair debat, dat helaas niet optimaal verliep door een onhandig geformuleerde stelling ('De Digital Divide bestaat niet'), waardoor uiteindelijk zelfs onze docente zich vurig in het debat mengde.

Uiteindelijk hebben we nog enkele punten besproken waar we op moeten letten ter voorbereiding van het debat van dinsdag. Zo haalde Jeroen aan dat het misschien een slim idee was om de weblogs van onze tegenstanders even te inspecteren, om daar inspiratie voor argumenten uit te putten. Wij - Team Decibel - spraken ons af goed in te lezen, en we kozen ervoor allevier een colbertje te dragen op de dag van het debat. We besloten het college met het dringende verzoek van onze docente te gaan winnen komende dinsdag, omdat eerder altijd de groepen van Thomas Poell wonnen. We gaan ons uiterste best doen.

woensdag 17 oktober 2007

Gastcollege (6)

Deze week kregen we een gastcollege van Henk van Weijts, die werkte bij De Waag in Amsterdam.

Van Weijts hield een leuk verhaal over waar De Waag zich allemaal mee bezig hield op het gebied van Nieuwe Media. Jammer was alleen dit ik dit verhaal in vrijwel dezelfde vorm een jaar eerder ook al had gehoord tijdens de introductieperiode van mijn studie. Er kwamen echter wel enkele nieuwe dingen naar voren, en Van Weijts vertelt gelukkig boeiend en vermakelijk.

Kritiekpunt was dat ook dit verhaal net als vorige week ondanks de heldere onderwerpen weer weinig uitnodigde tot een debat. Op enkele - naar mijn mening 'bij gebrek aan betere' - oppervlakkige discussies over onder meer de Mona Lisa en visuele taal kwam er geen algeheel debat op gang. Hoewel Van Weijts al jaren bij deze cursus gastcolleges geeft had ik ook het idee dat zijn verhaal ook niet echt gericht was op het ontlokken van een debat.

Concluderend wil ik nog even stellen dat het deze keer werkelijk beschamend was hoe erg er gepruts werd met de techniek in de zaal waar we zaten. Het beeld en geluid vielen meermaals weg tot er zelfs een lokale techneut aan te pas moest komen en de groep 15 minuten na aanvang van het college naar de koffieautomaten werd verwezen. Een slechte zaak, helemaal als de cursus de term 'Nieuwe Media' in haar naam draagt.

Nieuwtje (4)

"Apple iPhone zit vol giftige stoffen"

De titel zegt het eigenlijk al. Greenpeace vond tijdens een onafhankelijk onderzoek een keur aan schadelijke stoffen in de iPhone van Apple, waaronder zelfs kankerverwekkende dioxides (wel pas als je de iPhone in brand steekt, maar het blijft stof tot nadenken).

Apple ontkende het nieuws eerder, maar krijgt nu dus de deksel op zijn neus. Hopelijk leest onze werkgroepgenote die een iPhone zou krijgen dit bericht ook, zodat ze eventuele voorzorgsmaatregelen kan nemen :)

Klik hier voor het hele bericht.

Muziek (5)

Deze 'blogrubriek' behoeft eigenlijk geen introductie meer. Deze week Starz in their Eyes van Just Jack, een lekker lopend nummer, dat bij vele uiteenlopende gelegenheden een juiste keuze kan zijn.

Oordeel zelf:

Reconsidering Political and Popular Understandings of the Digital Divide

Onderstaand is een synopsis van het artikel Reconsidering Political and Popular Understandings of the Digital Divide, door Neil Selwyn. Het verscheen oorspronkelijk in New Media & Society 6, in 2004.

In het artikel gaat het voornamelijk om de ‘digital divide’, oftewel de digitale kloof/verdeeldheid. Dit komt - onder meer - neer op een scheiding tussen de burgers die 'connected' zijn, ofwel toegang hebben tot technologie, informatie en communicatie, en de burgers die dit niet hebben.

De auteur past op succesvolle wijze een methode toe, waarbij hij het onderwerp introduceert aan de hand van een viertal vragen, te weten:
  • Wat wordt bedoeld met ICT?
  • Wat wordt bedoeld met ‘toegang hebben tot’?
  • Wat is de relatie tussen toegang hebben tot ICT en het gebruik van ICT?
  • Hoe kunnen we het beste de consequenties van het verloven met ICT overwegen?

Dit helpt de lezer meer inzicht te krijgen in het onderwerp, zonder dat het artikel te 'diep' wordt. Het artikel is echter - zoals de auteur ook zelf stelt - nog niet 'compleet' wat betreft het onderwerp van de 'digital divide' en veel interessante dingen die naar voren komen vragen als het ware om een vervolgonderzoek.

Debatstellingen

Onderstaand zijn de debatstellingen voor werkcollege 6 van onze werkgroep, op 18 oktober 2007.
  • Debat 1: Second Life is gevaarlijk
  • Debat 2: Dat was een goede zet van Radiohead
  • Debat 3 (finale): De implementatie van nieuwe media in het onderwijs zal de taak van de docent gaan verlichten

Werkcollege (5)

Omdat ons groepje deze week aan de beurt was om het centrale debat na de pauze te leiden, hadden we een uur voor aanvang van het werkcollege afgesproken op de Drift 21. Hier namen we onze rollen binnen het debat nog eens goed door, en zorgden we dat onze argumentatie en dergelijke goed op elkaar was afgestemd. Na deze puntjes-op-de-i-zetterij dronken we nog een fijn koel frisdrankje en gingen we vol goede moed en zelfvertrouwen het werkcollege in.

Het werkcollege begon met het commentaar van onze 'wild justice' docente op onze blogs. Ik kreeg zelf te horen dat mijn voorlopige cijfer een 7.8 was ('omdat er in deze fase nog geen achten worden gegeven') en dat mijn blog goed aan de eisen voldeed en up to date was. Wel werd er ook in het algemeen aangegeven dat zelfreflectie een van de belangrijkste dingen was in de blogs, en dat daar dan ook scherp op gelet moet blijven worden.

Na het blogcommentaar volgde weer een actualiteitenrondje waarbij onder meer de gebeurtenissen rondom het nieuwe album van Radiohead weer even voorbij kwamen. We bespraken vervolgens ook weer het gastcollege van deze week, en de belangrijkste punten waren dat hoewel het een helder verhaal was, het amper uitnodigde tot debat. Dit was jammer omdat we het er wel allemaal over eens waren dat dit een van de betere sprekers was van deze cursus.

De debatsoefening van deze week was dezelfde als die van vorige week, alleen waren de rollen nu omgekeerd (dus in plaats van beoordelen moest ik nu meedoen aan het debat), en werd het 'publiek' aangespoord enthousiaster te zijn. Het ging op zich best goed, mede door onze - helaas ongeplande - sterke opstelling (qua kledingkleur, geslacht en brildragerij), maar ik kreeg wel als kritiekpunt mee dat ik soms te snel sprak, waardoor het niet allemaal even goed te volgen was. Dat is dus iets waar ik op ga proberen te letten.

Na de pauze was het dus our time to shine bij het plenaine debat en dat ging volgens ons heel aardig. We hadden gekozen voor een opstelling zonder tafels, waarbij de beide partijen tegenover elkaar zaten op twee rijen van stoelen. Onze stelling was dat het medium televisie zoals wij dit nu kennen geheel zal worden opgenomen in de stormachtige ontwikkelingen van het medium internet. Het debat verliep geordend maar werd niet saai, waardoor er uiteindelijk ook over gedebateerd werd om het einddebat van de cursus in deze opstellingsvorm te doen.

Het was een interessant college, zeker dus ook omdat wij het centrale debat moesten regelen. Dingen waar ik dus op moet blijven letten zijn zelfreflectie in de blogs en mijn spreeksnelheid tijdens debatten.

woensdag 10 oktober 2007

Muziek (4)

Ik ben op het moment een tikkeltje nerveus, omdat ik over een halfuur geacht word te verschijnen bij de eerste trainingsdag van mijn nieuwe werk. Op dergelijke momenten mag ik graag luisteren naar het album Trading Snakeoil for Wolftickets van Gary Jules. Een van mijn favoriete nummers is Mad World, niet in het minst omdat deze een belangrijk onderdeel uitmaakte van de soundtrack van een van mijn favoriete films: Donny Darko.

Dus, sit back and relax:

Gastcollege (5)

Het gastcollege van deze week werd gegeven door Elsa Gorter, een oud-student van de Universiteit Utrecht, en tegenwoordig werkzaam bij de VPRO.

Ik vond persoonlijk dat Gorter een bijzonder helder en duidelijk verhaal vertelde over hoe binnen de VPRO wordt omgegaan met het oprukkende internet. Zo vertelde ze over Nederland 4, waarop men digitale kanalen kan bekijken, en over het feit dat de VPRO een van de eersten was binnen Nederland die zich met het internet bezighield.

Wat gedurende het college de boventoon bleef voeren was het feit dat Gorter enigszins ontevreden leek over het huidige beleid binnen de VPRO wat betreft internettelevisie en dergelijke. Meermaals kwam naar voren dat ze feitelijk aan handen en voeten gebonden waren door de Raad van Bestuur, en dat geld veel te vaak een belangrijke rol speelde, en daarmee creativiteit en progressie in de weg stond.

Ik vond Gorter een van de beste sprekers tot nu toe. Ze sprak helder, en wist duidelijk waar ze het over had. Daarom was het extra jammer dat de behandelde stof van deze week in deze vorm niet echt uitnodigde tot een debat. Zo werd het verhaal van Gorter dan uiteindelijk ook meer informerend dan een daadwerkelijk vlammend betoog. Misschien had Gorter hier zelf meer aandacht aan kunnen besteden door zelf een provocerende stelling te lanceren, in plaats van slechts sporadisch te vragen hoe mensen uit het publiek bijvoorbeeld omgingen met digitale tv-gidsen en een overdosis aan afstandsbedieningen. Ik hoop dan ook dat ons groepje deze week wel weet te overtuigen met een provocerende stelling binnen de stof, waarin ik uiteraard alle vertrouwen heb.

Where Television and Internet meet...

Onderstaand is een synopsis van het artikel Where Television and Internet meet... New experiences for rich media, door Harry van Vliet. Het complete artikel is hier te vinden.

In het artikel worden de verschillen en overeenkomsten in de ontwikkelingen van televisie en internet behandeld. Van Vliet merkt namelijk op dat deze vormen van media steeds meer op elkaar gaan lijken. Zo voorspelt hij dat televisie een steeds interactiever medium zal worden, waarbij internet steeds meer gebruik zal gaan maken van bewegend beeld, waarbij het internet poogt de betrouwbaarheid van televisie te evenaren. Hoewel verbindingssnelheden al een enorme groei hebben doorgemaakt, is het nog steeds niet te vergelijken met televisie. Beide vormen van media streven dus feitelijk naar wat de ander heeft.

Van Vliet haalt aan dat de mentaliteit van de gebruiker een belangrijk verschil is tussen internet en televisie. Televisie heeft nog steeds het imago van lekker onderuit gezakt op de bank een beetje zappen, terwijl internet veel meer (inter-)activiteit vereist. Mochten de klassieke beeldbuis en het computerscherm ooit versmelten tot één apparaat - waar het al sterk op lijkt tegenwoordig, met de opkomst van HDTV en dergelijke - dan zullen beide vormen van media rekening moeten blijven houden met hun vroegere gebruikersmentaliteit.

Mijn groepje is deze week aan de beurt om een debat te leiden, dus ons onderwerp houdt dan ook nauw verband met de inhoud van dit artikel. Persoonlijk denk ik dat beide vormen op een gegeven moment inderdaad zullen versmelten, waarbij internet de boventoon zal blijven voeren. Kijk bijvoorbeeld naar het medium radio. De vorige eeuw was het razend populair, maar tegenwoordig luistert het grote gros van de bevolking er enkel nog naar in de auto en - weinig verrassend - op internet. Ik vermoed televisie zoals we dat nu kennen ditzelfde lot zal ondergaan.

donderdag 4 oktober 2007

Face Reader

Naar aanleiding van het debat van vanmiddag over het belang van lichaamstaal in een debat, ben ik eens op het web gaan zoeken naar meer informatie over dit onderwerp. Onderstaand is een interessant filmpje dat ik vond, over de zogenaamde Face Reader (ook wel Mindreader), een technologie die de computer in staat stelt om bepaalde basisemoties van het gezicht van de gebruiker af te lezen. Zeker de moeite waard om even te bekijken.


Nieuwtje (3)

Onze docente was me net voor, maar onderstaand stripje van Fokke en Sukke verdient desalniettemin nog steeds een plekje op mijn weblog:




Windows Vista blijft inderdaad maar negatief in het nieuws komen. Zo las ik onlangs dat op dit moment zelfs Windows 2000 nog meer gebruikt wordt dan Vista. Microsoft kan maar beter snel met een oplossing - wat dan ook - komen, want Apple staat uiteraard te trappelen om de toorts van het meest gebruikte besturingssysteem over te nemen.

Werkcollege (4)

We begonnen het werkcollege van vandaag met een korte beoordeling van de weblogs tot nu toe. De beoordeling van mijn blog staat als reactie bij de blog over het gastcollege van Robert-Jan Simons. Verder kregen we de opdracht nu ook 1 keer per week de blog van een medestudent te beoordelen, alsmede de beoordeling op je eigen blog ook weer van een reactie te voorzien.

Na dit onderwerp gingen we zoals gebruikelijk verder met het actualiteitenrondje, gevolgd door het bespreken van het gastcollege. Over het algemeen waren we niet heel positief, voornamelijk door de wat saaie uitstraling van de spreker, en zijn vrij belabberde powerpointpresentatie. Hierna gingen we over op de oefening van deze week. Deze keer betrof het een plenair debat, waarbij de helft van de groep moest debatteren en de andere helft dit vanuit verschillende invalshoeken moest beoordelen. Ik moest zelf letten op de bronvermelding en objectiviteit van de sprekers. Dit was interessant om te doen, want als je enkel hier op let dan merk je dat de gebruikte bronnen vaak wat eenzijdig en weinig gemêleerd zijn. Een belangrijk punt dus om zelf op te letten.

Na de pauze volgde weer een groepsdebat, waarbij dit keer als stelling werd gegeven dat deze cursus een perfecte kandidaat was om e-learning op toe te passen. Ik was zelf voor deze stelling, en dit was ook de eerste keer dat ik me echt in het debat mengde. Ik had zelf het idee dat ik soms nog wat hakkelig en zenuwachtig overkwam, maar de procesbewaarder zei juist dat ik zelfverzekerd overkwam, mede door mijn sterke lichaamstaal. Altijd leuk om te horen natuurlijk. De debatsvorm was dat men wel moest gaan staan tijdens het spreken, maar dat er (amper) beurten werden toegewezen. Dit bleek goed te werken, want dit debat was een stuk gepassioneerder dan dat van vorige week, zonder dat het inhoudelijk oppervlakkiger werd. Mijn groepje is volgende week aan de beurt, dus aan ons de taak deze stijgende lijn voort te zetten.

dinsdag 2 oktober 2007

Gastcollege (3)

Het derde gastcollege van deze cursus werd gegeven door Robert-Jan Simons, hoogleraar didactiek in digitale context, werkzaam bij IVLOS.

Het college ging over de modernisering van onderwijsmethoden middels ICT, en Simons begon met het uitleggen van enkele gehanteerde reflectietheoriëen. Deze nogal droge stof zette helaas meteen de toon voor het verdere werkcollege, want naar mijn mening slaagde Simons er niet geheel in een overtuigend praatje te houden voor zijn vakgebied. Hij was overigens wel duidelijk thuis in de behandelde stof, ging goed in op gestelde vragen en was niet bang zijn mening op sommige punten iets aan te passen aan de hand van opmerkingen uit het publiek (zoals bijvoorbeeld bij het punt over competitie onderling tussen werkgroepen, wat misschien ook een stimulerende werking op de eindresultaten zou kunnen hebben). Zijn powerpointpresentatie was echter vooral in het begin zeer droog, met grote stukken tekst en veel diagrammen en tabellen. Hierdoor verloor hij enigszins de aandacht van het publiek, wat dus afdeed aan zijn overtuigingskracht.

Ook kwam het niet echt tot een debat tijdens dit college. Simons probeerde nog wel een stelling te introduceren (over of studenten tegenwoordig al dan niet adequaat tot kenniswerker opgeleid worden), maar deze sloeg niet echt aan, en werd door het publiek dan ook snel terzijde geschoven.

De algemene toon van deze blog is misschien wat al te negatief voor hoe het gastcollege vanochtend verliep. Hoewel het dus niet het meest gepassioneerde en baanbrekende verhaal ooit was, kwamen er zeker toch interessante punten voorbij en was Simons dus nogmaals in ieder geval adequaat te noemen als gastspreker.

Muziek (3)

Ik heb onlangs zo'n beetje de complete verzamelde werken van de band Five for Fighting gedownload. Heerlijk relaxte muziek, die je bij vele verschillende gelegenheden kunt draaien. Zo draai ik het nummer 100 Years (zie onderstaand filmpje) vooral veel, bijvoorbeeld als ik mijn weblog aan het updaten ben.

Luister, en oordeel zelf.

Gaming the system; ...

Onderstaand is een synopsis van het artikel: Gaming the system; What higher education can learn from multiplayer online worlds, door J. C. Herz.

In het artikel staat centraal dat onderwijsmethoden tegenwoordig best een aantal bruikbare zaken zou kunnen afkijken van computergames. Belangrijkste punt dat wordt aangehaald is het feit dat het onderwijs al sinds jaar en dag vast zit in het 'from one to many'-principe, waarbij de docent in zijn eentje tegenover een grote groep staat, in zijn poging om zijn kennis over te dragen.

Interessant punt dat de auteur aanhaalt is dat studenten tegenwoordig in staat zouden moeten zijn om hun vorderingen en bereikte zaken op een bepaalde manier met hun medestudenten zouden moeten kunnen delen, zodat deze er ook direct profijt van zouden hebben. Leren wordt zo meer een communitygebeuren, in plaats van het eerdergenoemde principe met de enkele docent.

Ik ben het grotendeels eens met de auteur, niet in het minst omdat ik heb deelgenomen aan een dergelijke werkvorm al in rudimentaire vorm, tijdens mijn Informaticalessen op de middelbare school. Hierin stond het voor iedereen beschikbaar stellen van je vorderingen plus het geven van feedback hierop centraal. Het is een werkwijze die naar mijn mening studenten stimuleert het beste uit zichzelf te halen, mits ze in de eerste instantie al voldoende gemotiveerd zijn.

Mijn stelling bij dit artikel is:

De oude, alwetende docent is anno 2007 overbodig. Het nieuwe leren is een zelfstandig communitygebeuren, waarin de deelnemers ten allen tijde toegang hebben tot de op te nemen stof, de bijbehorende opdrachten en de vorderingen van alle deelnemers hierin.

Werkcollege (3)

We begonnen het derde werkcollege met het uitten van kritiek op het gastcollege door Tim Kuik (van Stichting Brein) van afgelopen dinsdag. Ik was zelf niet aanwezig bij dit gastcollege, waardoor ik helaas zelf weinig bij kon dragen. Belangrijkste punten van kritiek die naar voren kwamen waren de soms wat ongeïnteresseerde houding van de gastspreker, en het vast blijven hangen aan een enkel argument ('zo is de wet nu eenmaal!').

Hierop volgde het actualiteitenrondje, waarin ook mijn eerder geposte nieuwtje over de gekraakte iPhone nog even naar voren kwam.

Vervolgens deden we een nieuwe debatsoefening in groepjes van vier. Twee ervan moesten weer om en om hun stelling verdedigen, een ander persoon fungeerde als voorzitter en de laatste was procesbewaarder, die iedereen uiteindelijk moest beoordelen. Ik had zelf de voorzittersrol, wat ik aan de ene kant leuk vond, omdat ik het debat deels kon leiden, maar aan de andere kant ook moeilijk omdat ik me soms inhoudelijk met het debat wilde bemoeien, wat natuurlijk niet de bedoeling is. Ik kreeg uiteindelijk een positieve beoordeling van mijn procesbewaarder, waarbij werd aangestipt dat ik het debat goed op gang hield, maar dat ik me er inderdaad soms iets te inhoudelijk mee bemoeide.

Na de pauze was het tijd voor ons tweede plenaire debat, dat dit keer ging over het al dan niet overbodig zijn van platenmaatschappijen (door de huidige mogelijkheden van het internet). Dit groepje had ervoor gekozen strenger beurten toe te wijzen, waarna de spreker ook op moest staan om zijn mening te verkondigen. Na het debat concludeerden we dat dit voor een georganiseerder en helderder debat zorgt, maar dat het ook een beetje de vaart en passie eruit haalt. De volgende groepjes blijven dus zoeken naar een zo ideaal mogelijke middenweg.